e-Video

Alfa Romeo Junior Elettrica Veloce: mag het Alfa-label dragen

Alfa Romeo Junior Elettrica Veloce: mag het Alfa-label dragen

Links vliegt er een 12Cilindri van Ferrari langs, verderop een gecamoufleerde Maserati GT Folgore. We zijn op Balocco, de testtrack van Alfa Romeo, om te sturen met de elektrische Junior Veloce. Er rijdt hier op Balocco werkelijk van alles, het betere spul van Maserati en Ferrari, maar ook allerlei toekomst modellen van Fiat en Alfa Romeo. Maar als ik in de buurt van het centrum van de testtrack, waar de klassieke boerderij ‘Bella Luigina’ als uitvalsbasis dient, over de hek kijk op een binnenterrein, staat daar een rijtje midsize EV’s van andere merken. Paar Smart’s, de Volvo EX30 en een stuk of wat elektrische modellen uit de Stellantis groep. Er is een concurrentievergelijking aan de gang, klaarblijkelijk. Torsen sperdifferentieel Alfa Romeo was zo pienter om ons niet met de basis Junior Elettrica te laten rijden. Die heeft vermoedelijk eenzelfde karakter als de overeenkomstige modellen van Opel, Peugeot, Fiat en Citroen. De vanafprijs van de Junior met elektrische aandrijflijn begint bij 39.000 euro. De lekkerste, de Veloce kost 49 mille. Een flink verschil, maar je vindt dan ook een flink verschil in de aandrijflijn terug. Het vermogen stijgt van 156 tot een vette 280 pk. Beide versies van de Junior beschikken over één elektromotor, voorin geplaatst. De motor in de Veloce is door Alfa Romeo ontwikkeld en gaat ook naar andere modellen binnen de groep. Maar wat de Veloce zo lekker maakt, is het Torsen sperdifferentieel dat tussen de voorwielen is geplaatst. Bij Alfa zijn ze er reuze trots op. De vergelijking wordt zelfs gemaakt de roemrijke Alfa 147 GTA, waar die heerlijk 250 pk sterke zescilinder voorin lag. Mocht je nog een exemplaar hebben, bewaren of hier naar de redactie bellen; wij zien ‘m wel zitten. Terug naar de Junior Veloce. Dat sper weet de toch vrij plotseling vrijkomende kracht van de elektromotor kundig over de wielen te verdelen. Laten we wel zijn, 280 pk is feitelijk te veel voor een voorwielaangedreven auto. Tenzij er dus zo’n mechanisch sper helpt om de krachten te verdelen. Geweldig, hoe je de Veloce over Balocco kunt sleuren. Deze baan heeft vele tientallen kilometers aan asfalt, in zo’n beetje elke vorm, soort en maat; omhoog en omlaag. Er zijn vele bekende bochten nagemaakt, tot zelfs de Hugenholzbocht. Maar er is geen één bocht waar de Veloce geen raad mee weet. En telkens blijk ik sneller op het gas te kunnen dan vooraf gedacht. Doordat het sperdiff de krachten min of meer gelijkmatig verdeeld, heb je geen last van een door spinnend binnenste voorwiel. Doordat de wielen dus tractie houden, zetten ze de beschikbare kracht om in snelheid. Zodoende kun je bocht na bocht belachelijk vroeg op het rechter pedaal. Een vermakelijke auto, de Alfa Romeo Junior Veloce. Voldoende ‘Alfa Romeo’ in het interieur Er staan een paar puike stoelen in de Veloce. Je zit lekker diep, met stevige wangen die je goed op z’n plaats houden. Hoewel je hier en daar wel verwijzingen ziet naar andere modellen uit de Stellantis groep, is er toch voldoende ‘Alfa Romeo’ in het interieur aanwezig. Handig dat het navigatiesysteem de laadpunten in een lange route meeneemt. Minder handig is dat elke Junior Elettrica aan maximaal 100 kW laadt, bij een snellader. Vooralsnog is er één formaat batterij voorhanden voor de Junior, het van Stellantis bekende 54 kWh  energiepakket. Daarmee kom je op papier zo’n 400 kilometer ver mee. Overigens niet op de manier zoals wij de Veloce over Balocco hebben gesleurd. Hoe dan ook, de Junior Veloce maakt ons blij. Ten eerste neemt het aanbod ‘leuke elektrische auto’s’ verder toe, naast de modellen van Cupra. Maar zonder het proces van elektrificeren had de toekomst van Alfa Romeo er vermoedelijk niet zo positief uitgezien. Juist binnen het al maar toenemende aanbod van elektrische auto’s, wil de consument zich onderscheiden. Het is moeilijk om dat binnen het karakter van de elektrische aandrijflijn te doen. Daarvoor zijn andere zaken nodig, een Torsen sperdiff , lekker veel vermogen en het typisch Alfa-design, mooie historie en merkwaarden die voortkomen uit racegeschiedenis. En waarschijnlijk hebben sommigen consument die weinig op hebben met modellen uit China, wel oren naar een elektrische Alfa Romeo. Tekst: Werner Budding

read more
1200 800 Lease-e
Test Polestar 4: Meer dan ‘een auto zonder achterruit’

Test Polestar 4: Meer dan ‘een auto zonder achterruit’

Wat is het nou eigenlijk, de Polestar 4, een SUV, sedan of een cross-over? Eigenlijk is de elektrische Zweed het beste van diverse carrosserie typen. Bevalt het zonder achterraam? Laten we eerste eens de voordelen van de afwezigheid van dat achterraam behandelen. Doordat er geen raamomlijsting in de achterzijde van de 4 zit, hebben de inzittenden op de achterbank niet alleen veel beenruimte, maar ook flink meer hoofdruimte dan doorgaans. De dakplaat loopt door tot voorbij de kruin van achter passagiers. Je zit dan ook vorstelijk op de achterbank. Om toch te kunnen zien wat je moet zien, van achter het stuur, heeft de Polestar 4 een digitale binnenspiegel. Er zijn inmiddels meer auto’s met een dergelijk systeem, denk aan de Kia EV9 bijvoorbeeld. De ‘spiegel’ in de 4 vraagt weldegelijk enige gewenning. De allereerste keer dat je erin kijkt, moeten je ogen een moment focussen; het lijkt alsof het beeld kortstondig vergroot en weer reëel wordt. Daarna volstaat het. Fijn is dat het beeld automatisch vergroot zodra je de richtingaanwijzer gebruikt. Weet de auto dat je gaat inhalen, of linksaf wilt slaan, dan ontstaat er een breder beeld. Dat compenseert de bekende dode hoek. Voordeel van de digitale spiegel is dat je geen last hebt van de hoofden van eventueel op de achterbank aanwezige inzittenden, die je blikveld belemmeren. Van een nat of smerig achterraam heb je evenmin last. De camera, die in een soort omhulsel, aan het eind van het dak is geplaatst kan niet nat of vies worden, dus je hebt altijd een keurig beeld van dat wat zich achter de auto afspeelt. En van verblinding is al helemaal geen sprake; het systeem compenseert dat digitaal. Overigens kun je de bagageruimte gemakkelijk tot de achterklep vullen, het belemmert het zicht naar achteren toch niet. Er past 526 liter aan spullen in. Hoe rijdt de Polestar 4? We reden de Polestar 4 gelijktijdig met de Polestar 3. Zoals in het eerder gepubliceerde verhaal is te lezen en in de video is te zien, waren we bijzonder te spreken over het rijkarakter van de 3, die wat doet denken aan de rijdynamiek van een Porsche Macan. De Polestar 4 deelt zijn techniek met de Zeekr 001. Er zit voldoende comfort in het onderstel, maar zo’n bijzonder geraffineerde afstemming als in de 3 ontbreekt. Je zou het karakter als ‘gewoon goed’ kunnen omschrijven, met voldoende verfijning in de demper- en veerkarakteristiek. Precies dat is natuurlijk het DNA van Polestar; ooit het performance merk van Volvo. Je zit lekker achter het stuur. Berijders van een Polestar 2 klagen nog wel eens dat je met je rechterbeen tegen de middenconsole aan schuurt. Toen wij de Polestar 2 BST een half jaar als duurtester op de redactie hadden, ervaarden we dat overigens niet. Maar in deze 4 is er van enige beperking qua ruimte zeker geen sprake. Je kijkt op een lekker groot scherm Het Google-gestuurde scherm laat zich gemakkelijk bedienen. Gelukkig kun je zogenaamde widgets (voorkeurs beelden) aanbrengen in het hoofdbeeld, waarin je de tamelijk bemoeizuchtige veiligheidssystemen kunt uitschakelen. Vooral de snelheidswaarschuwing is een gruwel. Waar deze Polestar vrij weinig aan kan doen; dit systeem is inmiddels wettelijk verplicht. Rij je een fractie harder dan de borden op de weg aantonen, dan straft de auto je met gepiep. Elke nieuwe auto heeft dit. De kunst is dat autofabrikanten zorgen dat je als bestuurder zo vlot mogelijk voor elke rit dit systeem kunt elimineren. Dat moet dan overigens wel elke rit weer opnieuw gebeuren, wettelijk geregeld. Fijn is dat je Google kunt laten meediscussiëren. Heb je een vraagstuk binnen je gezelschap, waar je niet uit komt, dat schiet Google je graag te hulp. Het meubilair in de 4 voldoet meer dan. De stoelen zijn fors, goed verstelbaar en gevoelsmatig zit je net een tandje lager dan in de Polestar 3. Tot 2000 kilo trekgewicht De 4,84 meter lange EV kost als ‘single motor’ 63.500,- euro. Een elektromotor extra kost acht mille. Bij Zeekr kost een extra motor (dezelfde elektromotor) minder. Het vermogen verdubbelt simpelweg, van 272 pk naar 544 pk. En de aandrijving gaat van achter- naar vierwielaandrijving. Heb je te kort aan het vermogen van de single motor? Nee, geenszins, van 0 naar 100 km/h in 7,1 sec is prima, maar in 3,8 sec (dual motor) is natuurlijk net wat leuker. Inzake rijbereik snoept de extra motor voorin er zo’n 30 kilometer af; van 620 kilometer naar 590. De tweemotorige Polestar 4 mag 2000 kilo geremd trekken, de single motor komt tot 1500 kilo. Reken op een oplaadtijd van dertig minuten om de 100 kWh batterij te laden van 10 tot 80 procent aan een 200 kW lader. Optioneel biedt Polestar een 22 kW onboard laadsysteem aan. Er ontstaat een modellenprogramma Na de Polestar 3 en 4 volgen de 5 en de 6. Samen met de bekende 2, waar er inmiddels meer dan 10.000 van rijden in Nederland, ontstaat er dus een heus modellenprogramma. En da’s precies wat een automerk moet hebben. Er zijn amper één-model-merken, tenzij het een exclusief sportautomerk betreft. Met een oplopend programma hebben consumenten doorgroeimogelijkheden. Moet je dan vanuit je Polestar 2 doorgroeien naar de 4 of naar de 3? Dat heeft uiteraard veel te maken met de financiële mogelijkheden. De 3 kost vooralsnog meer dan de 4. Hoe dan ook, met de 4 heeft Polestar goed materiaal in de aanbieding om de toenemende strijd in de elektrische middenklasse aan te gaan. Een onderscheidende auto in design, bijzonder fraai gemaakt, serieus fraai afgewerkt en lekker rijdend. Tekst: Werner Budding

read more
1200 800 Lease-e
Waar blijft onze Cyberbeast, Tesla’s Cybertruck – in Nederland?

Waar blijft onze Cyberbeast, Tesla’s Cybertruck – in Nederland?

De Tesla Cybertruck kun je op alle mogelijke manieren cryptisch omschrijven; misschien wel de meest besproken auto van de afgelopen decennia, zelden creëerde een automodel zo’n polariserend effect, ‘de automobiele belichaming’ van de huidige transitie en vooral een grote belofte. Toer door Europa Want waar blijft ‘ie nou, de Cybertruck? Zo’n vijf jaar geleden werd de elektrische pick-up gelanceerd, e-Drivers.com schreef er destijds op in. We betaalden 100,- euro, en toen startte het lange wachten. Weliswaar konden we nu een rondje om de Cyberbeast, zoals de 845 pk versie door Tesla liefkozend wordt genoemd, maar hij is nog altijd niet te koop in Nederland. Behalve dat dit demo-exemplaar een toertje door Europa doet, is de kans niet erg groot dat we Tesla’s Cybertruck op Nederlands kenteken gaan tegenkomen. Ja, er is nu een handelaar die roept dat hij aan het eind van de zomer een Cybertruck in zijn showroom heeft, maar dat daar daadwerkelijk een gele plaat op komt, lijkt niet heel groot. Waarom komt ‘ie dan niet? Vooralsnog zou dit te maken hebben met het wagengewicht, van zo’n 3.100 kilo. Dat betekent dat je een vrachtwagenrijbewijs nodig hebt om de Cybertruck te mogen besturen. Ofschoon het behoorlijk kansrijk is dat er een ontheffing aankomt voor zware elektrische auto’s. Ook de Rolls-Royce Spectre is nogal aan de maat en er komen ook meer zware elektrische SUV’s, die vragen om een dergelijke aanpassing van de wet. Aan de andere kant, als je werkelijk zo graag in Nederland achter het stuur van een Cybertruck wilt kunnen kruipen, dan haal je toch je vrachtwagenrijbewijs. Een andere reden voor de afwezigheid van de EV-pick-up in het Tesla-gamma zou te maken hebben met de crash-safety, of althans, het deels ontbreken daarvan, hetgeen te maken zou hebben met de vorm van de voorzijde. Maar wat zeker meetelt is dat de productie-aantallen relatief laag zijn, en er dus slechts mondjesmaat geleverd kan worden buiten Amerika. Duurder dan beloofd In Amerika kost een Cybertruck vanaf zestig mille in de dollars. Da’s flink meer dan de in eerste instantie beloofde 40.000,- dollar. Kijk je daarentegen naar alle technieken aan boord van de Cybertruck, die vrijwel allemaal nieuw zijn binnen het merk Tesla, en je rekent dat door in het ontwikkelingsbudget, dan valt die prijs eigenlijk best mee. Ga je voor de dikste versie, wat wij zeker zouden doen, de variant met drie elektromotoren en zo’n 850 pk, dan ben je in Amerika een tonnetje in de dollars kwijt. Maar goed; vierwielbesturing, waarvan de achterwielen echt een flinke stuuruitslag hebben, een nieuw ontwikkelde wielophanging met luchtvering, een roestvrijstalen body en een 800 Volt infrastructuur. Vooralsnog laadt de Cybertruck aan maximaal 250 kWh, maar het systeem kan in de toekomst flink meer aan. Reken erop dat deze techniek ook naar de toekomstige opvolgers van de Model X en S gaat. Weinig elegant, wel bijzonder indrukwekkend In Amerika kreeg de Cybertruck behoorlijk wat commentaar op de afwerking. De auto waar wij in konden zitten en omheen konden lopen, had evenmin het niveau van Zuid-Duitse premiums. De Cybertruck maakt indruk op andere manieren; zijn lengte, 5,7 meter, zijn uiterlijk, volstrekt controversieel. Zeker als je ‘m matzwart of matgroen laat wrappen, met de enorme wielen, tractorbanden en giga wielkuipen staat er werkelijk iets extreems. De Cybertruck moet de hel zijn voor iedereen die van elegante Italiaanse auto’s houden, uit bijvoorbeeld de jaren zestig. Er is niets elegants aan de Cybertruck. Zwaar over-the-top, bij alles vraag je je af, ‘waarom?’, maar gelijktijdig is het ook het enige antwoord dat Tesla kan geven op de bestaande markt van Amerikaanse pick-ups. Die markt is bijzonder conservatief; veelal een ladderchassis met een dikke benzine-unit voorin. Tesla zet met de Cybertruck de boel opnieuw op z’n kop, zonder al te veel concessies te doen. Er kan een ton of vijf aan aanhanger achter, 1700 liter in de laadbak, voorin nog een keer de ruimte die een b-segment auto achterin biedt en dan een actieradius van zo’n 700 kilometer, als je althans de extra ‘losse’ accu aanvinkt die in de laadbak past. Tja, we weten het; niet iedereen deelt onze mening, maar bij e-Drivers.com zijn we lichtjes verliefd op de Cybertruck. Mocht ‘ie er ooit komen, dan zien we ‘m zeker zitten als company-car. Tekst: Werner Budding, camera: Jesse Uiterwijk

read more
1200 675 Lease-e
Test: Polestar 3 – Porsche Macan alternatief

Test: Polestar 3 – Porsche Macan alternatief

Waar Volvo met de EX90 gaat voor een familie-SUV, daar weet Polestar op dezelfde technische architectuur er een heerlijk sturende auto van weten te maken. Wacht nog even met het bestellen van je Porsche Macan. Dubbele testrit: Polestar 3 en 4 We reden gelijktijdig met de Polestar 3 en de 4, in de omgeving van Madrid. Mooi efficiënt, qua tijd, maar het toonde ook direct het verschil tussen beide auto’s op passende wijze aan. Dacht je misschien dat de 3 een verhoogde 4 is, dan heb je het faliekant mis. De 4 deelt zijn techniek met de Zeekr 001, deze 3 gebruikt dezelfde aandrijflijn en modemplaat als de Volvo EX90. Dat betrekt een 111 kWh batterij met een systeemvermogen van maximaal 517 pk, in de performance versie. De niet-performance komt aan 489 pk, ook voldoende natuurlijk. Overigens komt er later een basisversie, met alleen een elektromotor voor de achterwielen, zonder torque vectoring systeem en eveneens zonder luchtvering. Wel met de dikke accu; in een variant met een kleinere batterij is niet voorzien. Wat die uitgeklede versie gaat kosten is vooralsnog onduidelijk, maar vermoedelijk minder dan 80 mille. Tweekamer luchtvering De versie waarvan nu de uitlevering in Nederland is gestart, met bovengenoemde technische zaken, kost 86.950,- euro. Het moet uitwijzen hoe de Polestar 3 met schroefveren rijdt, maar de tweekamer luchtvering maakt van de testauto een bijzonder goed rijdende SUV. De boel weegt toch een niet geringe 2579 kilo, de nauwkeurig afgestemde veer-demper karakteristiek houdt de auto evenwel goed in balans, ook als je serieus aan de gang gaat. Op de slingerwegen in het heuvelgebied achter Madrid hebben we echt stevig doorgereden met de 3, dusdanig dat onze medepassagier er zelfs misselijk van werd. Behalve dat de Brembo-remmen middels wat geur lieten weten aan het werk te zijn, gaf de Polestar geen krimp. Geweldig hoe het torque vectoring systeem de achterzijde de bocht in drukt. Volgens Polestar is er geen andere elektrische auto waar een dergelijk systeem op zit. Hoewel er elektrische auto’s zijn met twee elektromotoren voor de achterwielen, waarbij elke motor een individuele krachtsafgifte kan genereren, met hetzelfde resultaat als dit tandwielensysteem dat van de tekentafel van Borg Warner komt. Het bewijst dat het Polestar menens is om Porsche in de toekomst het vuur aan de wielen te leggen. We moeten de auto’s één op één vergelijken, om te kunnen kiezen, maar het kijkt er sterk op dat deze Polestar 3 een serieuze opponent is van de nieuwe elektrische Porsche Macan. Zijn besturing voelt in de ‘zwaarste’ stand zowaar wat gewichtig aan, het relatief dikke stuur ligt goed in de hand, en je zit op formidabele stoelen. Voor het gevoel had ik wel een centimeter of twee lager willen zitten. Maar omdat de Polestar 3 een SUV is, zonder de daarbij behorende extreme hoogte, komt het dak gevoelsmatig wat dichtbij. Aan binnenruimte overigens verder geen gebrek, maar dat kan ook niet anders bij een elektrische SUV van bijna vijf meter lang, met een wielbasis van 2,99 meter. Van het niveau Zuid-Duitsland De muziekliefhebber komt ook lekker aan zijn trekken in de Polestar 3. Het systeem van Bowers & Wilkins omvat ontelbare speakers, tot zelfs in de hoofdsteunen geplaatst. Heerlijk. Minder fijn is de instelling van de spiegels en het stuur; je moet diep het digitale menu in, beetje zoals bij Tesla het geval is. Overigens ook om bepaalde veiligheidssystemen te deactiveren. Hoewel je de boel ook in voorkeurswidgets kunt plaatsen. Maar soms zijn een paar fysieke knoppen in een interieur best fijn. De afwerking van het gehele interieur is van het niveau Zuid-Duitsland. Met de wetenschap dat veel zaken verantwoord zijn geproduceerd, met groene energie, een bekende afkomst van het leer dat eventueel in het interieur is gebruikt en een well to wheel (van de bron tot de recycling) waar een lage C02-uitstoot aan hangt, kun je de criticasters van elektrische auto’s gemakkelijk de mond snoeren. De obligate cijfers die bij een EV horen: laden aan een snellader gaat tot 250 kW, op de 111 kWh batterij kom je op papier 625 kilometer ver en het gemiddeld energieverbruik bedraagt 22,8 kWh per 100 kilometer. Prima prestaties. Ga je echter voor de grootste actieradius, dan moet je wachten op de versie met single motor, die later dit jaar aan het programma wordt toegevoegd. We kunnen niet anders concluderen dat Polestar een bijzonder lekker rijdende performance SUV heeft weten te ontwikkelen, waarmee het merk meteen flink meer bestaansrecht krijgt; van one model brand, naar een merk dat een modellengamma heeft. Hoe de Polestar 4 rijdt, dat leest u op 1 juli, op e-Drivers.com, in verband met het geldende embargo.

read more
1200 801 Lease-e
Duurtest introductie: BMW i7 eDrive50, elektrische topsedan

Duurtest introductie: BMW i7 eDrive50, elektrische topsedan

Terwijl Mercedes kiest voor een afwijkend modeldesign bij de elektrische topsedan, de EQS, opteert BMW voor gelijke modellen, ongeacht de aandrijflijn. En waarom niet, je hoeft je bepaald niet te schamen in de EV-variant van de BMW 7 Serie. Bij e-drivers.com rijden we de i7 eDrive50 een paar maanden. Om eens na te gaan hoe het bevalt in 5,40 m aan elektrische auto. Rood met zwarte afwerking Het allereerste dat opvalt, is zijn kleur. Heerlijk, bij BMW Nederland durven ze tenminste te kiezen voor afwijkende kleurcombinaties; Aventurinrot, zo noemt BMW de donkerrode exterieurkleur. Fraai? Wij vinden van wel, hoewel de tint ook wat gewenning vraagt. Misschien ken je Aventurinrot nog wel, als introductiekleur van de BMW iX. De detaillering van het exterieur is in zwart uitgevoerd, dus een zwarte grill, zwarte raamlijsten, en een uit carbon vervaardigde achterspoiler. Onze i7 rijdt zijn meters op Individual V-spaak Bicolor wielen, in de maat 21 inch. Da’s een nieuw model wiel, dat BMW nog niet leverde tijdens de introductie. Verder is de i7 uitgevoerd met een M Sportpakket en een M Sportpakket Pro, dat het uiterlijk net even wat dynamischer maakt. Naar wens kijken we naar buiten, boven ons hoofd, via het Sky Lounge Panoramadak, dat overigens niet open kan. We hebben het niet kunnen verifiëren, maar het feit dat dit dak geen mogelijkheid heeft om te openen zou te maken hebben met China. Vanwege de betrekkelijk matige luchtkwaliteit aldaar, hebben Chinezen niet de wens hun dak te openen, zo genieten liever van het innovatieve filtersysteem in de BMW, zodat ze smogvrij hun kilometers maken. Een Individual Interieur, een Innovation Pack (onder andere automatisch inparkeren en meervoudig camerasysteem), een Executive Pack (multifunctionele stoelen achter), Connoisseur Pack (massage functie stoelen) en een Climate Acoustics Pack (onder andere gelaagd en warmtewereld glas), plus nog wat kleinigheden, wat de prijs op 149.084,- euro brengt. De standaardprijs van een i7 bedraagt 126.215,- euro. En da’s inclusief de Haagse BMW-korting, die nog op elektrische auto’s van toepassing is. Rijdt relatief lichtvoetig Nadat we de i7 hebben opgehaald bij BMW Nederland, viel eigenlijk meteen de relatieve lichtvoetigheid van extreem lange, en bepaald niet lichte ‘7’ op. Zoals gezegd, ongeveer 5,40 m aan lengte, daarmee is alleen de Rolls-Royce Spectre binnen de elektrische auto’s langer, slechts vijf centimeter. Overigens deelt de Spectre zo’n beetje de complete technische architectuur van de i7. Er zijn mindere auto’s om techniek aan te lenen, zullen we maar zeggen. Met 2595 kilootjes wagengewicht mag de i7 er zijn. Maar ook dat heeft BMW vakkundig weten te maskeren. Natuurlijk, de i7 is comfortabel, bijzonder comfortabel zelfs, maar zonder dat het rijgedrag zwaarlijvig aanvoelt. Nou gaat het te ver om de i7 een dynamisch rijkarakter toe te schrijven, maar als je het veelvoudig instelbare rijgedrag op sportief zet, kun je weldegelijk ‘hoeken’ met de 7 Serie. Dat doen wij uiteraard niet; een 7 Serie bestuur je alsof je een chauffeur bent van een CEO, die achterin de koers van zijn beursgenoteerde bedrijf aan het omhoog duwen is. Goede massagefuncties Er zit ontzettend veel aan digitale mogelijkheden in de i7. Vermoedelijk meer dan menig i7-rijder ooit zal gebruiken. Precies dat was altijd al het geval, bij topmodellen van BMW, Audi en Mercedes. Je betaalt voor veel meer dan je ooit zult gebruiken, maar goed, da’s bij meer dingen zo. Waar je in elk geval dagelijks plezier van hebt, zijn de formidabel gevormde stoelen. En met de uitgebreid instelbare achterbank is evenmin iets mis. Achterin hebben beide passagiers de mogelijkheid om het interieur te bedienen, middels zowel links als rechts een scherm, formaat mini-iPad. Het meubilair is te verwarmen, koelen en hebben allerlei massagefuncties, heerlijk. Maar wat een ruimte, zowel voorin, als zeker ook achterin. Er komt meer aan BMW is zich meer en meer als EV-merk aan het neerzetten. Afgelopen jaar was BMW, na Tesla, de meest succesvolle leverancier van elektrische auto’s in Nederland. En dan komt er nog veel meer aan; de uitlevering van de i5 Touring is gestart en de naderende Neue Klasse in diverse uitvoeringen zal BMW nog meer gaan neerzetten als serieuze EV-producent. Mocht je nou enige ervaring hebben met een elektrische BMW, welk model dan ook; schroom dan niet die met ons te delen, via .

read more
1200 675 Lease-e
Eindverslag duurtest Polestar 2 BST edition 230

Eindverslag duurtest Polestar 2 BST edition 230

We hebben het naar ons zin gehad in The Beast, heerlijk een maand of vijf van onvervalst rijplezier genoten. Wie denkt; een elektrische auto is saai, moet een keer achter het stuur van de Polestar 2 BST kruipen. Springt in het oog Het was genieten, van het uiterlijk. Hoewel de Polestar 2 al enkele jaren op de markt is, creëert de BST nog volop aandacht, met zijn fijne ‘olijfkleurige’ uiterlijk, dikke lengte-streep van voor naar achteren en het getal ‘2’ op de neus. En natuurlijk niet te vergeten de dikke, glanzend zwarte 21 inch wielen. Oppassen dat je er geen vette kras op rijdt; ze steken wat uit buiten de wang van de banden. We liepen bij het langs de weg parkeren van de BST éénmaal een schaaf op, een blijvende schaaf, aan de velgrand. Wij reden voornamelijk in de minst harde stand Wat is er allemaal goed en wat kan beter aan de BST? Laten we vooral niet zeuren over het de stevigheid van het onderstel, da’s namelijk de reden dat je voor een Polestar BST gaat, één van de 230 stuks uit de gelimiteerde productie. De Öhlins dempers hebben een vervolmaakt binnenwerk, dat meervoudig instelbaar is, van stevig naar ronduit hard. In een eerdere update zijn we uitgebreid ingegaan op de wijze waarop de dempers zijn in te stellen. Uiteindelijk reden wij het merendeel van de kilometers in de minst harde stand. Maar als je voornemens bent eens het circuit op te gaan, en het betreft een baan met een biljartlaken strakke laag asfalt, dan is het mooi dat je het onderstel op knalhard kunt zetten. Op die manier kun je heerlijk gooien en smijten met de Polestar. Niet de ruimste in z’n klasse Je zit in de BST op fijne stoelen, die afdoende zijdelingse steun bieden en lekker laag instelbaar zijn. Binnenin is mede door de goed uitziende stoelen en de knalgele gordels een lekkere racy sfeer gemaakt. Daar past het voldoende dikke stuur goed bij. Van het infotainment systeem zijn we te spreken. Behalve dat als je de muziek wat harder of zachter zet, de volumebalk net wat te lang in beeld blijft, waardoor je een deel van het scherm tijdelijk niet kunt bedienen. Gewoon zo’n kleine ergernis. Schaf de Polestar 2 niet aan als je op zoek bent naar reusachtig veel bewegingsruimte. Wij kwamen er de afgelopen maanden niet aan te kort, maar wil je meer ruimte, ga dan binnenkort eens proefrijden met de naderende Polestar 3 en Polestar 4. Zoals bij elke elektrische auto staat of valt een positief energieverbruik met de rijstijl. We zaten meestal tussen de 20 en 21 kWh per 100 kilometer. Druk je de rechtervoet wat minder enthousiast naar beneden, of anders gezegd, laat je de 476 pk soms even voor wat ze zijn, dan zit een kleine 400 kilometer rijbereik er wel in. Ingeruild voor een BMW i7 Inmiddels is de The Beast retour de rechtmatige eigenaar, de importeur in Beesd. We hebben een BMW i7 voor een aantal maanden ingelijfd, als dienstauto voor hét e-mobility platform van Nederland. Een centimeter of zeventig meer aan auto, bijna twee keer zo kostbaar, maar wederom een auto met een verhaal. We gaan kortom, van ultra dynamisch, naar ultra comfortabel. Mooi dat ‘de elektrische auto’ inmiddels die range aan verscheidenheid biedt. Tekst: Werner Budding, Camera: Rob Steltman

read more
1200 675 Lease-e
Test Maserati Grecale Folgore: passie wint van innovatie

Test Maserati Grecale Folgore: passie wint van innovatie

Lastig hoor, voor Maserati om met de Grecale Folgore te concurreren tegen elektrische modellen van Mercedes, Porsche en BMW, om de goeie Chinezen nog niet eens te noemen. Er is eigenlijk maar één reden om een Grecale Folgore aan te schaffen: omdat het een Maserati is. Historisch verantwoord Een Grecale met een elektrische aandrijflijn heeft een aantal zaken niet mee: hij weegt met 2480 kilo flink veel, laadt met 150 kW aan een snellader niet bepaald vlot, geeft met een verbruik van 24 kWh (WLTP) op 100 kilometer het begrip efficiëntie geen echt nieuwe lading en is met een prijs van 124.600,- euro serieus aan de prijs. Maar goed, het is een blijft een Maserati. En bij dat prachtige klassieke merk gaat het om heel andere zaken. Laten die nieuwe Chinezen ‘de cijfertjes’ maar voor elkaar hebben; in Italië produceren ze kunst, kunst op wielen. En dat doen ze daar al vele decennialang, historisch verantwoord dus. Joekel van een accu, levert 500 km actieradius Ligt in de GranTurismo Folgore een 800 Volt onboard laadsysteem, gekoppeld aan een relatief bescheiden batterij van bruto 92,5 kWh, in de elektrische SUV van Maserati vind je in de middentunnel een knoeperd van een accu, 105 kWh. Maar daarmee behaal geen revolutionaire afstanden, maximaal bij een nette rijstijl 500 kilometer. Maserati hanteert dezelfde bouwfilosofie als bij de GT. Beide auto’s zijn zowel met een elektrische als benzine aandrijflijn leverbaar. We hebben hier dan ook niet te maken met state of the art platform-techniek. Sterker, de onderkant van de Grecale is hetzelfde als van de Alfa Guilia, het zogenaamde Giorgio-platform. Wallbox cadeau bij aanschaf van een Grecale Folgore De Grecale kan dan niet ultramodern zijn, hij rijdt meer dan goed, fijn zelfs. Ondanks dat zaken als actieve stabi’s of vierwielbesturing ontbreken. Het fijne zit ‘m in een nauwkeurige afstemming van de besturing, een mooi luchtgeveerd, doch stevig onderstel en een prettige vermogensafgifte van de twee elektromotoren, die bij elkaar 558 pk leveren. Maserati heeft, net als bij de elektrische GT, het voor elkaar gekregen de remmen en het regenereren goed afgestemd te laten samenwerken. Er zijn trouwens sterkere EV’s, maar tijdens de testrit in Frankrijk had ik geen moment de indruk met te weinig kracht onderweg te zijn. Op de kletsnatte straten rondom Nice hadden de voorwielen soms zelfs moeite met de krachtsafgifte. Een moment ‘slaan’ ze door, als je vol op het rechterpedaal gaat, daarna regelt de computer dat de achterste motor wat meer energie ontvangt van het batterijpakket. Aardig overigens van Maserati; je krijgt een wallbox met ‘drietand’ logo bij aanschaf van een Grecale Folgore, waarmee je afhankelijk van de inrichting van je meterkast op maximaal 22 kW kunt laden. Ja, het AC-laden heeft Maserati aardig onder controle, qua DC mag het wat aan kracht winnen. Waar moet de Grecale het dan van hebben? Van zijn prachtige afwerking. Heerlijk, die Italiaanse sfeer, stiknaden zo mooi, een vormgeving van het dashboard dat warmte uitstraalt, goed zitten stoelen, en ook het multimediasysteem weet het niveau van vroeger flink te ontstijgen. Je zit achterin trouwens ook gewoon goed, met ondersteuning van de bovenbenen, doordat de accucellen in de middentunnel zijn ondergebracht. De Grecale Folgore moet het natuurlijk ook hebben van zijn exterieur vormgeving, dat niet onderscheidend is aan dat van de benzineversies. De Grecale heeft geen aalgladde body, geen dichte neus, idioot lange wielbasis, of nog zo van die typische EV-design kenmerken. Hij ziet eruit als een Maserati, gewoon als een Maserati. En da’s nou net wat sommige clientèle zeer waarderen. Die lopen (of rijden) niet graag te koop met het feit dat ze voor een elektrische aandrijflijn hebben gekozen. Tekst: Werner Budding, camera Rob Steltman

read more
1200 800 Lease-e
Test Maserati GranTurismo Folgore: eerste EV-sportcoupé, en meteen een goeie

Test Maserati GranTurismo Folgore: eerste EV-sportcoupé, en meteen een goeie

Als één merk een serieuze uitdaging heeft om de huidige elektrificering kundig te doorstaan, zonder pijnlijk afbreuk te doen aan het verleden, dan is het Maserati. Met de elektrische GranTurismo bewijzen de Italianen dat ze begrijpen wat de bedoeling is. Geen 1200, maar 750 pk Nee, geen bulderende V8, snerpend, opzwepend, schel bij hoge toeren, wel een digitale sound die in de verte doet denken een potente zescilinder. Maserati blijft trouw aan geluid, artificieel weliswaar, maar best goed gedaan en gelijktijdig een indicatie voor de bestuurder bij welke snelheden hij of zij de Folgore aan het rondslingeren is. Maar eerst even de techniek. Een GranTurismo is ook ‘gewoon’ met een benzinemotor verkrijgbaar. Om zowel een elektrische als een benzine variant efficiënt te kunnen bouwen, delen beide aandrijflijnen de bodemplaat. Waar bij de benzineversies een cardanas van de motor via een dikke tunnel door het midden van het interieur naar achteren loopt, daar heeft de Folgore een batterijpakket (93 kWh bruto) in die tunnel, de cardan is tenslotte niet nodig bij een elektrische auto. Achter voorzien twee elektromotoren de achterwielen van kracht, vóór één elektromotor. Elke motor levert individueel 400 pk, wat opgeteld een serieuze 1200 paarden zou zijn. Omdat het batterijpakket zoveel energie niet kan leveren om al dat vermogen tegelijk uit de motoren te laten komen, is de boel terug getuned naar maximaal 750 pk, is standje ‘corsa’. Top van 320 km/h Nog altijd een beste scheut kracht, die de GranTurismo in 2,7 seconden naar 100 km/h laat knallen, en een top levert van 320 km/h. Puike cijfers. Het goede aan het feit dat de powertrein dus marge in het te leveren vermogen heeft, zit ‘m in het feit dat één individuele motor wel meer vermogen kan leveren dan de andere, waardoor een heel specifieke krachtverdeling kan worden georganiseerd. Zodoende kan één motor achter een andere hoeveelheid vermogen leveren dan de andere. In de praktijk kun je serieus knallen met de Folgore; tot aan het misselijkmakende aan toe. Nou reed ik in een kletsnat achterland van Nice, op tamelijk smalle weggetjes, dus echt uitknijpen lukte niet. Maar als je de GranTurismo naar een circuit brengt, ben ik ervan overtuigd dat je er het geweldige dingen mee kunt uithalen. 800 Volt dus 270 kW laden Opvallend is fijne samenwerking tussen het regenereren van de aandrijflijn (met flippers in activiteit te veranderen) en het aangrijpen van de remklauwen op de schijven; je voelt geen enkele overgang. Met 2260 kilo is de GranTurismo geen vlieggewicht, maar doordat de batterij niet extreem groot is, zoals gezegd 92,5 kWh (83 kWh netto), is het gewicht toch enigszins binnen de perken gebleven. Nu rijdt de Folgore (zo’n 450 kilo zwaarder dan de benzineversie) als een coupé met gevoelsmatig een gewicht van zo’n 1700 kilo. Om toch een lange rit acceptabel te laten verlopen qua reistijd, heeft Maserati gekozen voor een 800 Volt laadsysteem in het batterijpakket, dat laden aan maximaal 270 kW mogelijk maakt. Aan de juiste paal zou dat een score zijn van 10 tot 80 procent accuvulling in tien minuten. Ook Porsche hanteert diezelfde filosofie bij de naderende elektrische sportauto’s als de 718 en later de 911; geen extreem grote accu, wel heel snel laden. Onverwacht goed We kunnen stellen dat Maserati een echt goede elektrische sportcoupé heeft gebouwd. Onverwacht goed eigenlijk en misschien wel de lekkerste Maserati in tijden, die bovendien nogal toekomstbestendig is voor het merk. De GranTurismo Folgore (kost twee ton) bewijst ook dat er weldegelijk toekomst is voor sportauto bouwers. Behouden zijn de belangrijkste merkwaarden: mooi design, een prachtig interieur dat voorzien is van een prima functionerend multimediasysteem, je kunt er met vier man in (twee liefst niet al te grote personen achterin), het artificiële geluid prikkelt op een positieve wijze de trommelvliezen en als bonus rijdt de Folgore door zijn gelijke gewichtsverdeling gewoon echt als een goede sportcoupé. Tekst: Werner Budding, camera: Rob Steltman

read more
1200 800 Lease-e
Rondje om de Polestar 4, de auto zonder achterraam

Rondje om de Polestar 4, de auto zonder achterraam

Het lijkt een gekke gimmick, dat Polestar het achterraam heeft weggelaten in de Polestar 4, maar er zit weldegelijk een heldere filosofie achter. Wat is de filosofie? De ontwerpafdeling van Polestar wilde een SUV-coupé vormgeving. En wat is het flinke nadeel van een SUV-coupé body? Inderdaad, de sterk aflopende daklijn, hetgeen zo zijn negatieve consequenties heeft voor de binnenruimte op de achterbank. En dus werd gezocht naar eliminatie van de issue, wat resulteerde in het achterwege laten van het achterraam. Daardoor kon de achterklep rand met bijbehorende scharnieren verder naar achter gepositioneerd worden, zodat die dikke rand niet boven de achterhoofden is te vinden, maar achter de hoofdsteunen. En het werkt. Ik ben 1,86 meter, en zit meer dan prima op de achterbank. Beenruimte is er zat, wat logisch is met een wielbasis van  drie meter, maar aan hoofdruimte evenmin gebrek. Overigens meet de bagageruimte 526 liter. Hoe hoog je je bagage ook opstapelt, het neemt nooit het zicht door het achterraam. Wel zicht naar achteren? Jazeker, althans, via een binnenspiegel waar techniek van Gentex in is verwerkt. Deze club levert al jaren zicht-techniek voor onder andere de luchtvaartindustrie. We hebben natuurlijk getest hoe het zicht is, maar dit kon alleen bij stilstand. Later in mei rijdt e-Drivers.com zowel met de Polestar 3 als met deze 4. Hoe het systeem rijdend functioneert, weten we dan en zie in de bijbehorende video. Vooralsnog weten we dat je een fors blikveld hebt via de digitale binnenspiegel en ook dat verblinding niet mogelijk is. Wil je graag even naar je kids op de achterbank kijken, dan kun je de ‘binnenspiegel’ omklappen zoals dat ook gebruikelijk is bij normale binnenspiegels. Forse actieradius? Met een batterijcapaciteit van 100 kWh haalt de Polestar 4 580 kilometer en nog een stukje verder als je voor de versie met één motor gaat. Die ene motor levert 272 pk, de versie met allwheel aandrijving en dus twee elektromachientjes komt aan 544 pk. Laden doet de 4 aan maximaal 200 kW en optioneel aan een AC-paal op 22 kWh. Prima cijfers. Die cijfers lijken trouwens wel flink op de technische gegevens van de Zeekr 001, wat ook weer niet zo raar is; de auto’s zijn vergaand identiek. In hoeverre de Polestar 4 onderscheidend is, hoe hij rijdt en of er valt te leven met een auto zonder achterruit, dat weten we volgende maand. Tekst: Werner Budding

read more
1536 864 Lease-e
Test Porsche Taycan Turbo GT Weissach: misselijk makend snel

Test Porsche Taycan Turbo GT Weissach: misselijk makend snel

Orde op zaken. De piketpaaltjes zijn herschikt door Porsche. Deze Taycan Turbo GT met Weissach package maakt vooralsnog een einde aan de leiderschap aspiraties van Tesla, in de zin van ronde records. Misselijk makend snel Maar bovenal laat Porsche met deze super-EV zien dat er een autoleven is, na al het GT3 RS-geweld van de afgelopen jaren. Rijplezier, karrevrachten rijplezier, dat is wat de Turbo GT levert, en een misselijk makende hoeveelheid snelheid. Laten we het daar eerst eens over hebben. Na een stuk of tien rondjes Monteblanco kwam ik tamelijk ‘draaierig’ uit de Turbo GT. Misselijk, zoals je eigenlijk alleen door iemand anders misselijk kan worden gereden. Het zit ‘m niet eens zo zeer in de hoeveelheid voorwaartse gang, wat ongehoord is met 1108 pk in boost mode, maar vooral Porsche’s Active Ride schudt je innerlijke zintuigen zwaar door elkaar. Het systeem, als het is geactiveerd – je hebt een keuzemogelijkheid – houdt de Taycan in elke situatie volledig vlak, zowel in lengte- als in dwarsrichting. Wetende dat ik vermoedelijk meer dan een miljoen testkilometers achter de rug heb, veelal in een vlotter tempo afgelegd, in auto’s die altijd beweging hebben gehad over de lengte- en breedte-as, bleek Active Ride mijn bewustzijn opnieuw te programmeren. En dat gaat klaarblijkelijk gepaard met flink wat weeïgheid in het maaggebied. Wennen dus, laten we het daar op houden. Uitgelopen mascara Voor we het over mascara gaan hebben, eerst even terugkomen op die rondetijden. Porsche heeft de Turbo GT over de Nordschleife gesleurd. Daar kwam een tijd uit van 7:07.55, wat zo’n 19 seconden sneller is dan de Tesla Model S Plaid en een seconde of 18 minder snel dan een 911 GT3 RS over een rondje Groene Hel doet. Oké, da’s de Nordschleife, straks nog wat over Laguna Seca, maar laten we het eerst even over de uiterlijke aanpassingen hebben. De Taycan van Porsche is niet perse een heel goede investering. Of anders gezegd, ze schrijven wat af, deze elektrische sedans van Porsche. Maar goed, dat heeft als prettige bijzaak, voor sommigen, dat een jong gebruikte elektrische Porsche misschien wel sneller binnen bereik ligt dan je voor mogelijk had gehouden. Dat Porsche ervoor heeft gekozen het uiterlijk slechts lichtjes aan te passen, zal niet resulteren in een verdere aanslag op de waarde van de eerste generatie Taycan. Opvallend is de afwezigheid van de streep uitgelopen mascara bij generatie twee rondom de lichtunits in de neus. Het oogt wat cleaner. Verder zijn hier en daar geringe aanpassingen verricht door de designers, die vermoedelijk alleen eigenaren van een Taycan opvallen. Maar voor de rest geen rigoureuze verschillen tussen gen 1 en gen 2 van de Taycan. Maximaal 320 kW laden Onderhuids daarentegen zijn de aanpassingen serieus. Naar keus hangt er een 85 kWh batterij onder de Porsche, of een exemplaar van 105 kWh. De cellen komen bij LG vandaan, Porsche zet de boel zelf in elkaar, voor de montage in de auto. Het hele pakket weegt een kilo of 35 minder, laadt nu op 320 kW, in plaats van maximaal op 270 en dat scheelt in tijd. Het rijbereik steeg van 503 kilometer naar een serieuze 678 kilometer. Altijd goed, een accu die groeit in capaciteit en in maximale kracht om te laden. Doordat de in- en output van de accu significant toenam, kan Porsche ook een hoger totaal vermogen realiseren; in geval van de Turbo GT maximaal 1108 pk, in attack mode. Die stand doet het tien seconden, dan na vier seconden opnieuw tien seconden. Het is dus niet zo dat je permanent die dik 1100 pk ter beschikking hebt. Na gebruik van tien seconden moet de boel even tot rust komen. Even snel als een McLaren Senna Nou reden wij de Turbo GT in de buurt van Sevilla op het circuit Monteblanco. En om even in de woordspeling te blijven, dat circuit stond een dag lang blank. Zeikende regen teisterde de Porsche’s en de baan. We hebben weldegelijk de 1108 pk gebruikt, maar om eerlijk te zijn was het te veel voor de omstandigheden. De dik 900 standaard paarden waren al amper te temmen. En wat ook aan het licht kwam op het natte circuit, is dat de 2200 kilo het rijgedrag niet ernstig in de weg zitten, sterker nog, gevoelsmatig mis je er zo’n 500. Maar tijdens krachtige remacties, dook de Taycan direct in zijn ABS. Het ding remt voortreffelijk, keer op keer weer, met dank aan de keramische schijven. Maar aan alles zit een limiet, ook aan de mogelijkheden van deze remmerij om de snelheid af te schudden. Maar het moet gezegd: in normale omstandigheden is dit een pure racemachine. En dat blijkt ook wel. Op Laguna Seca, de kurkentrekker-baan in Amerika, waar Porsche zo veel kilometers heeft liggen, gaat deze Turbo GT met Weissach package exact even snel rond als een McLaren Senna. Bam, uitgepraat! Zonder achterbank Mocht je voor de Turbo GT gaan, dan kost je dat 249.000,- euro, maar pak voor datzelfde geld gewoon de Weissach-versie. Keramische remmen krijg je sowieso, de maximale top verschuift naar 305 km/h, er zit een knoeperd van een achterspoiler (op topsnelheid 240 kilo downforce) op het kofferdeksel, en op de koop toe mag je de achterbank inleveren. Geweldig, een Porsche Taycan zonder achterbank. In plaats van het meubilair ligt er een stevige plaat van carbon achterin; je zou er wat spullen kwijt kunnen. Het scheelt 70 kilo wagengewicht, wat op een totaal van ruim 2200 kilo tamelijk verwaarloosbaar is. Maar deze mogelijkheid vertelt eigenlijk op perfect wijze het verhaal van de über-Taycan. Van elk model levert Porsche op een goed moment een serieus snelle over-the-top versie, dus ook van een elektrische variant. Want de elektrische Porsche heeft de toekomst, of we willen of niet. Het gebeurt! En als dat dan gebeurt, laten er dan heerlijk rijmachines tussen zitten, zoals deze Turbo GT Weissach. Een elektrische auto om je hoed voor af te nemen… Tekst: Werner Budding

read more
1200 800 Lease-e

De aanschafwaarde is het maximale leasebedrag exclusief BTW. De BTW betaal je zelf aan en kan je als ondernemer terugvragen van de belastingdienst.

Het bedrag dat je bij het afsluiten van het leasecontract direct overmaakt. De aanbetaling verlaagt je leasebedrag en je maandelijkse termijn.

Het bedrag dat je aan het einde van het contact betaalt. Hierover betaal je alleen rente.